donderdag 28 februari 2008

De verlichte rede van Ed Leeflang (1)

zondag 1 juli 2007

In 1996 verscheen de bundel Liereman, door Ed Leeflang. Het hierna volgende gedicht in die bundel zag Herkauwer toevallig. Het trok zijn aandacht omdat men niet ongestraft een deel van het leven kan besteden aan bestudering van de Nederlandse literatuur van de Verlichting zonder opmerkzaam te worden, in dit gedicht, op de merkwaardige combinatie van Sprot in de titel, en, aan het einde, de verlichte rede.

U zult onmiddellijk twijfel voelen opkomen: sprot moet natuurlijk gevangen worden door vissers; en vissers hebben nu eenmaal een rede nodig. U zult Herkauwer dus wellicht betichten van beroepsdeformatie. Misschien heeft u gelijk. Hij legt u eerst de tekst voor.

Sprot

November heeft zich uitgestort
en is daarvan zowaar genezen.
Niemand sticht nog een wereldrijk
maar dichtbij gaan gebeden op.

November is de maand van sprot
gevist uit kleine zeeën
door mannen van mijn moeders kant
oorlogen lang geleden.

Zo blijft november jong en zout
voor mij die het kan weten
en die nog wel een dag vertrouwt
op de verlichte rede.


Mooi hè?

Wordt vervolgd.

(1) Ed Leeflang, Liereman. Gedichten. Amsterdam 1996. Het geciteerde gedicht: p. 20. - Ed Leeflang werd geboren in 1929. Hij publiceerde zijn eerste dichtbundel, De hazen en andere gedichten, pas in 1979. Hij was enkele jaren journalist, studeerde daarna Nederlands (vermoedelijk aan de VU). Hij was leraar te Zierikzee, later in Amsterdam. Hij onttrekt zich aan interviews zodat biografische informatie schaars is. Op internet is een interview met Piryns uit 1983 te vinden waar de afkeer van Leeflang voor biografische aandacht duidelijk is, maar waar tevens zijn literaire opvattingen helder blijken.

Geen opmerkingen: