donderdag 28 februari 2008

Tekst Schonck ontdekt (1792)

vrijdag 8 juni 2007

Gisteren kreeg Herkauwer een onbekende tekst van de Nijmeegse rector E.J.B. Schonck; een schrijver door de lokale en nationale historiografen wat te zeer verwaarloosd. Die tekst komt niet voor in de recente bibliografie-Schonck, in de editie van diens Nijmeegse heldenepos De Bonheurs in de mode (ed. 2006, p. 152-157).

Het bericht hierover, met de tekst zelf, werd ingestuurd door Frank Peeters: ‘In 1792 promoveerde Jacobus Schonck tot meester in de rechten te Leiden: Specimen juridicum inaugurale de dementium et furiosorum in jure conditione (ppn: 30321676X). Zijn neef E.J.B. Schonck droeg aan de dissertatie een huldegedicht bij.’ Blijkbaar handelt de dissertatie van de neef over de rechtspositie van dementen en krankzinnigen.

Hieronder de tekst van dit tot nu onbekende gelegenheidsgedicht. Zoals te verwachten is het geen grote literatuur. Maar toch blijkt ook hier weer dat Schonck beslist talent had, en een soort gemakkelijk en vloeiend Nederlands hanteerde dat vaak bij anderen afwezig is. Er zitten ook trekjes in van de sociale Verlichting.

A A N
M Y N E N N E E F
J. S C H O N C K,

By desselfs Bevordering tot DOCTOR in de Rechten.

***

Vrolijk moeten nu mijn snaaren
Klinken, zoo zij ’t immer deen,
’t Stemgeluid er zich meê mengen,
Lustiger dan ooit voorheen.
Daar mijn Neef als Themis Priester
Word ten tempel ingeleid,
En de zaak der Zinneloosen
Als een Menschen-vriend bepleit.
Themis dankt hem voor dit offer,
Wij, wij doen dit plechtig meê.
Zij, die Menschen-liefde voelen,
Paaren zig met deeze beê:
Dat de Godheid zijnen ijver
Met geluk en Zegen Kroon’:
Op dat hij zich onverschrokken
Steeds der zwakken steun betoon’,
Dat de Godheid zijne daagen
Voort doe rollen zonder druk;
Dat hem haast het eerlijk pleiten
Voor de rechtbank wel geluk,
En hij, zonder ’t recht te krenken,
Door verdraijing van den zin,
Zonder spitse en slingsche vonden
P[l]eit- op pleit-gedingen win’.
Dat de weeuw en wees na ’t sterven
Van mijn’ Neef, met heet getraan
Deezen lofgalm stil ontboezem’:
Hij heeft voor ons wel gedaan.
Deeze lofgalm zij uw doelwit;
Ze is meer streelend voor ’t gemoed,
En schept zuiverer geneugtens,
Dan der Helden Lauwer-hoed.
E.J.B. SCHONCK, J.U.D.

Geen opmerkingen: