donderdag 28 februari 2008

Vlissingsche kermis (1765) 11 (slot)

donderdag 14 juni 2007

En? Viel de Vlissingsche Kermis mee? Het is beslist een levendig verhaal, en natuurlijk enorm interessant voor de studenten van de Vlissingse geschiedenis; maar om nu, met Wolff en Deken, te beweren dat het werk gelijk staat met The Rape of the Locke door Alexander Pope? Dat lijkt me een beetje teveel van het goede. Het enthousiasme van Wolff is natuurlijk wel te begrijpen: zij kwam uit Vlissingen.

Die van Walcheren waren trouwens vrij goed in spotdichten. Herkauwer herinnert u aan de heel leuke Georgarchontomachia (1673) door de Middelburgse dichter Beronicius, die, naar de traditie wil, wegens zijn gezuip dood in een sloot werd aangetroffen. De oorspronkelijke tekst is in het latijn. Beronicius beschrijft het binnenrukken van de Walcherse boeren in Middelburg, waar zij de boel kort en klein slaan. Een echte Walcherse strijd om en in Troje.

Herkauwer heeft helemaal aan het begin van deze reeks Geleerde Dingen gezegd over het genre van het spotheldendicht, waartoe deze Vlissingsche Kermis zou behoren.

Met evenveel recht kan men beweren dat de tekst behoort tot het genre van de Kermisdichten, of Kermisheldendichten. Een bekend voorbeeld daarvan is de Boerekermis (1708) van Lucas Rotgans.

Maar ja, in die kermisdichten beslaan de vechtpartijen tussen boeren vaak een aanzienlijk deel van de tekst. Al die tweegevechten tussen boeren onderling zijn, als ik het goed zie, een soort nabootsingen van de tweegevechten uit de Ilias. De polderhelden gedragen zich als een vulgaire Hektor, Achilles.

Dus misschien is alles wel één pot nat. En dat is inderdaad het belangrijkste, op een kermis.

Geen opmerkingen: